Antwerpen is al eeuwenlang een belangrijke stad voor de diamanthandel. Er zijn zo’n 1500 diamantbedrijven en ongeveer 50% van de wereldhandel in diamant gebeurt in deze stad. In het Diamantmuseum leert u alles over diamant en ziet u hoe deze handel in de hardste materie tot bloei kwam in Antwerpen. Zo staan er in elke zaal wereldbollen die aangeven hoe de contacten met andere diamantlanden verlopen.
Met levendig beeldmateriaal en klank- en lichteffecten ziet u hoe diamant ontstaat, hoe en waar het wordt gewonnen, hoe diamant bewerkt en hoe diamant wordt verwerkt in sieraden.
Toegangsprijs: € 6,00; reductieprijs € 4,00; gratis o.a. voor jongeren onder de 12 jaar Openingstijden: 10.00-17.30 Gesloten: iedere woensdag behalve op feestdagen die op woensdag vallen 25 en 26 december de maand.
Grote kerk van Antwerpen
De Zoo van Antwerpen ligt midden in de stad en is een van de oudste (1843) en mooiste
dierentuinen van Europa. Om deze reputatie hoog te houden is begin 2007 besloten de
dierentuin uit te breiden. In de komende 10 jaar wordt de dierentuin 10% groter met onder
andere een Afrikaanse savanne.
Op de Grote Markt van Antwerpen, staat het standbeeld van de hand van Jef Lambeaux. Het stelt de legende voor rond de Romeinse bevelhebber Silvius Brabo. Nadat Julius Caesar van Gallië naar Engeland trok liet hij Silvius Brabo met de opdracht achter over dit gedeelte van het Romeinse rijk te heersen. Er was echter slechts een plaats waar de Schelde kon doorwaad worden en daar werd tol gevraagd door de reus Antgioon.
De Onze-Lieve-Vrouwekerk, zoals ze er nu uitziet,
werd grotendeels gebouwd tussen 1352 en 1533.
Beetje bij beetje bouwde men een nieuwe gotische kerk en
beetje bij beetje werd de oude Romaanse afgebroken.
Soms ging het werk lekker snel vooruit, maar soms lagen de
werken ook helemaal stil, omdat er geen geld meer was
of omdat er oorlog was uitgebroken.
Gedurende al die jaren werden de plannen altijd wel een
beetje veranderd en aangezien een mensenleven veel te
kort was om de kerk te voltooien, volgde de ene bouwmeester
de andere op. En elke bouwmeester had zo zijn eigen idee over hoe de kerk er moest uitzien.
Gedurende al die jaren veranderde geregeld ook de mode. Dat kun je bijvoorbeeld
heel goed zien aan de Onze-Lieve-Vrouwetoren, gebouwd tussen 1420 en 1518.
Die begint gotisch onderaan en eindigt met een spits die al flink aan
de volgende mode doet denken: de renaissance.